- molensteen
De bovenste molensteen van een
maalkoppel
loopt, dat wil zeggen, hij wordt door de
rijn
aan het draaien gebracht. De onderste, de
ligger,
blijft daarbij rustig liggen. De rijn bepaalt ook de afstand tussen beide stenen,
dat is van belang voor de fijnheid van het meel. Ook het
scherpsel
is daarvoor van belang: de ribbels die je op de steen ziet.
Hoe komt het graan tussen de stenen?
Het valt door het kropgat, midden in de loper. Daarom mag de rijn niet het hele gat vullen.
Bovendien grijpt ook nog de klauwspil van bovenaf om de rijn heen. De doorsnede van de loper
is wat hol naar het midden toe, zodat het graan plaats heeft om zich tussen de stenen te verspreiden.
Tekst: Jean Penders (02-2009). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders